Het kostte NU.nl-chef Thomas Moerman een half uurtje pielen met AI-muziekgenerator Suno en 30 euro om zijn eerste album te maken en op Spotify te publiceren. Geautomatiseerd is de toepasselijke titel. In ruim zestien minuten hoor je negen nummers die helemaal door de computers zijn gemaakt. Van instrumenten tot opbouw. En het klinkt nog vrij aardig ook.
De liedjes duren maximaal twee minuten. Dat is de tijdslimiet van Suno. Het afkappen klinkt lelijk in de overgangen van nummers, maar dat maakt voor Spotify weinig uit. De muziekdienst staat AI-gegenereerde muziek toe, maar trekt de grens als stemmen van artiesten worden gekopieerd. Er staat dus al enorm veel AI-muziek op en dat geldt ook voor platforms als YouTube.
Met andere woorden: iedereen is nu muzikant dankzij kunstmatige intelligentie. Het lijkt een kwestie van tijd tot een AI-liedje in de Spotify-toplijsten belandt of een hit wordt op de radio.
Muzikaal besef in AI
Er zit wel echt muziek in de creaties van Suno, vindt docent en onderzoeker Sander Huiberts van de HKU. Dat komt doordat de laatste versie van Suno muzikale structuur beter lijkt te doorgronden. “Het programma genereert nu automatisch een muzikaal kloppende vorm en opbouw van een nummer”, zegt Huiberts. “Dat muzikale ‘besef’ van AI hoor je nu voor het eerst terug.”
Vooral bij enigszins voorspelbare instrumentale muziek, zoals techno en dance, klinken de resultaten al overtuigend. Er gaat ook weleens wat mis. Teksten kloppen niet altijd, de intonatie klinkt soms onnatuurlijk en overgangen in het nummer zijn niet altijd logisch. Maar de komende jaren wordt dat ongetwijfeld beter.
Emotionele oplichting
Dat roept allerlei vraagstukken op die wat filosofisch van aard zijn. Als de luisteraar niet meer hoort of een nummer door een mens of door de computer is gemaakt, maakt dat dan überhaupt nog uit?
Artiest Jan Modaal denkt van wel. Hij maakt punksmartlappen. Teksten schrijft hij zelf en muziek maakt hij met een band, maar hij heeft wel een studie AI gevolgd. “Ik vroeg laatst iemand: zou je je genaaid voelen als je iets op de radio hoort wat je zo raakt dat je ervan moet huilen, maar waarvan je achteraf ontdekt dat het nummer met AI is gemaakt”, zegt hij.
“Hij zou zich wel opgelicht voelen. De muziek verandert er niet door, maar het achtergrondverhaal wel. Misschien voel je je juist opgelicht omdat je emotioneel werd geraakt door een liedje dat door AI is gemaakt.”
Altijd nieuwe muziek op basis van persoonlijke smaak
Kunstmatige intelligentie kan liedjes bedenken, maar de uitkomsten zijn vaak ook generiek. Teksten zijn vaak clichés, misschien doordat bepaalde uitdrukkingen vaak in trainingsdata voorkomen. Dat maakt betekenis en gevoel in AI-nummers leggen een stuk lastiger, denkt filosoof en AI-wetenschapper Anco Peeters van de Radboud Universiteit.
Omdat mensen vaak kunnen meeleven met de artiest, krijgen sommige nummers extra lading, zegt hij. “Dingen als persoonlijke ervaringen en liefdesverdriet overbrengen kan in een AI-nummer eigenlijk alleen op een generieke manier”.
Maar dan gaat het dus over mensen die waarde hechten aan artiesten. Veel mensen willen gewoon muziek luisteren die leuk klinkt, zonder zich er verder in te verdiepen. “Dit is een dystopisch scenario, maar misschien neemt Spotify ooit Suno wel over”, fantaseert onderzoeker Huiberts van de HKU. “Dan kan de muziekdienst gepersonaliseerde nummers maken op basis van het luistergedrag van de gebruiker. Dan kun je altijd nieuwe muziek luisteren die je leuk vindt. En Spotify hoeft aan minder artiesten geld uit te keren.”
Livemuziek draait niet alleen om muziek
Het kan ook de andere kant op werken. Ondanks dat schaakcomputers bijna alle menselijke spelers kunnen verslaan, spelen meer mensen schaak dan ooit. Omdat het om het spel en de uitdaging gaat. Het spelen tegen anderen. “Dit idee geldt voor kunst nog sterker”, zegt Peeters. “Muziek kent ook een sociaal aspect, van samen maken en luisteren. Het gaat ook over banden en emoties ontwikkelen. Dat zal zo blijven.”
Wat dat betreft zal de live-ervaring misschien wel belangrijker worden. Technisch is het mogelijk om een AI-concert te organiseren met digitale avatars. Peeters ziet het niet zitten. “Waar ga je dan naar kijken?”, zegt hij. “Dan wordt het wel leeg en plat. Het gaat ook om de stemming van de artiest tijdens een optreden. En live kan een nummer anders gespeeld worden en anders klinken dan in een opname. Het draait bij livemuziek om veel meer dan alleen de gespeelde noten.”
Meeroken
En maakt Jan Modaal zich al zorgen? “Ik voel me nog niet bedreigd”, zegt hij. “Maar ik voorzie wel problemen. Ik maak me druk over de data waarmee modellen worden getraind. Vaak wordt auteursrechtelijk materiaal door kapitaalkrachtige partijen gestolen van mensen die er hard voor hebben gewerkt.”
Hoewel Jan Modaal zelf met AI experimenteert, gebruikt hij het niet in zijn muziek. En daar heeft hij goede redenen voor. “Als artiest wil ik de oorsprong van mijn werk zijn en authentiek blijven. Als je daarbij een algoritme in de mix gooit, kan dat verwateren. Het is een soort meeroken. Als je dat te veel doet, worden je longen vanzelf zwart.”